Kat met overgewicht

Moet mijn kat afvallen?

Naar schatting zijn maar liefst 50% van de katten in Nederland te dik. Net als bij mensen, is het ook voor een kat ongezond wanneer hij te dik is. Uit ervaring weet ik dat het een flinke uitdaging is om een kat af te laten vallen. De kat heeft honger, het is moeilijk hem te stimuleren om te bewegen, er zijn meer katten in huis en zo zijn er nog eindeloos veel redenen waarom het voor ons als baasjes flink wat frustratie kan opleveren. Toch is het belangrijk dat je kat geen overgewicht heeft. Hoe weet je of je kat te dik is? En wat kan je doen als je kat te dik is? Dat lees je in dit artikel.

Hoe weet je of je kat te dik is?

De makkelijkste manier om erachter te komen of je kat overgewicht heeft, is een bezoekje te brengen aan de dierenarts. Zij kan je kat wegen en beoordelen of hij te dik is. Per ras is er een te verwachten gemiddeld gewicht te vinden. Maar het is natuurlijk afhankelijk van meerdere factoren dan alleen het ras. De grootte en het geslacht maken bijvoorbeeld ook nog uit. Het beste kun je dan ook kijken naar de bouw van je kat.

De volgende vragen kun je stellen:
• Zijn de ribben, wanneer je kat staat, met de vlakke hand goed te voelen? Ze mogen niet zichtbaar zijn, maar met lichte druk afzonderlijk voelbaar. Ook de ruggengraat moet voelbaar zijn.
• Is de taille goed zichtbaar? Van bovenaf zou je kat er uit moeten zien als een zandloper met taille en heupen.
• Heeft je kat een hangbuik?
• Beweegt je kat makkelijk?
• Kan je kat goed zijn eigen vacht verzorgen?

Bij een slanke kat zie je de contouren van zijn lichaam.

Risico’s van overgewicht bij je kat

Dat het voor een kat ongezond is om te dik te zijn, hoef ik je niet te vertellen. Maar wist je dat een kat met overgewicht gemiddeld 2,5 jaar minder lang leeft dan een kat zonder overgewicht? En dat 1 kilo overgewicht bij een kat gelijk staat aan 16 kilo bij een mens? Daarnaast kan het de kwaliteit van leven ook flink beïnvloeden, wanneer het de beweging in de weg zit. 

 

Een kat met overgewicht heeft een verhoogd riciso op de volgende aandoeningen:

• Diabetes, ook wel suikerziekte genoemd: Suikerziekte ontstaat meestal doordat het hormoon insuline niet meer goed werkt als gevolg van overgewicht en/of te weinig beweging.
• Hartproblemen: Bij teveel gewicht moet het hart harder werken om alles op gang te houden. Op den duur kan dit voor hartproblemen zorgen.
• Blaasgruis- en andere problemen: Blaasgruis ontstaat door het uitplassen van grote hoeveelheden minerale zouten die de kat uitplast. Katten met overgewicht (door een teveel aan voeding) krijgen ook meer zout binnen. Ook van andere blaasproblemen is bekend dat het vaker voorkomt bij katten met overgewicht.
• Gewrichtsklachten: Overgewicht zorgt ervoor dat het kraakbeen sneller slijt en er dus artrose ontstaat. Het gevolg hiervan is pijn en er kunnen ontstekingen ontstaan. Je kunt je voorstellen dat dat als een kat ergens vanaf springt terwijl hij te veel gewicht bij zich draagt, dit geen goed doet aan de gewrichten. Vervolgens ontstaat er een vicieuze cirkel: door de gewrichtsklachten beweegt de kat minder, wat de kans op meer overgewicht groter maakt.
• Huid- en vachtproblemen: Bij overgewicht wordt het moeilijker voor een kat om zichzelf te wassen. Daarnaast heeft hij een teveel en/of tekort aan bepaalde voedingsstoffen, waardoor de huid heel vettig of juist heel droog kan worden.

Factoren die het gewicht beïnvloeden

Een kat kan natuurlijk, net als een mens, geleidelijk aan dikker worden. Er zijn meerdere factoren die hier aan bijdragen. Van lucht wordt de kat niet dik: van voer wel. Te veel of ongezond voer vergroot het risico op overgewicht. Ook lichaamsbeweging speelt hier een belangrijke rol in. Buitenkatten zijn vaak actiever, wat maakt dat binnenkatten sneller te dik worden. Het lastige is dat naarmate de kat zwaarder wordt, hij vaak ook luier wordt, wat het afvallen niet makkelijker maakt. Na de castratie of sterilisatie verandert de stofwisseling, wat betekent dat je kat een andere behoefte krijgt betreffende voeding. Na de operatie heeft een kat gemiddeld 20% minder calorieën nodig. Ook sommige rassen (zoals de Brits korthaar en Pers) hebben meer aanleg om overgewicht te krijgen. Als laatste kunnen ook bepaalde medicijnen zorgen voor een gewichtstoename.

Hoe kan ik mijn kat af laten vallen?

Gelukkig is het goed mogelijk om je kat af te laten vallen. De volgende tips helpen hierbij:

• Voer afwegen. Op de zak staat een indicatie hoeveel je kat mag. Kijk niet naar het huidige gewicht, maar naar wat je kat zou moeten wegen. Verdeel deze hoeveelheid over 3-4x daags.
• Meer bewegen. Je kan overwegen een tweede kat erbij te nemen. Een jongere huisgenoot zal het speelgedrag in je kat weer aanwakkeren.
• Een voederbal nemen. Je kat moet meer moeite doen en krijgt daardoor direct meer beweging. Daarnaast gaat het ook verveling tegen en is hij sneller verzadigd.
• Een rustig plekje om te eten. Zo voorkom je dat je kat het eten naar binnen schrokt, omdat hij voor zijn gevoel moet haasten. Een voerpuzzel of anti-schrokbak kan hier ook bij helpen.
• Regelmatige eettijden. Zeurt je kat deze hele dag om eten? Dan kan het helpen om op vaste tijden eten te geven.
• Voldoende ruimte om te bewegen en te klimmen. Wederom om verveling tegen te gaan en beweging te bevorderen.
• Geef geen tussendoortjes. Ook geen ‘menseneten’. Wil je je kat toch af en toe belonen? Dan is het aan te raden om gewone brokjes te geven, in plaats van snoepjes. Snoepjes bevatten over het algemeen meer suiker, zout en/of vet.
• Zet je kat op dieet. Eventueel in overleg met je dierenarts. Let op! Ga niet drastisch de hoeveelheid van het standaardvoer verminderen. Het kan zijn dat je kat dan te weinig voedingsstoffen binnen krijgt. Je kan dan beter speciaal dieetvoer geven.
• Regelmatig wegen. Blijf het gewicht monitoren. Je kat mag niet te snel afvallen, 1% per week van het gewicht af is genoeg.

Dit vind je misschien ook leuk…